Videotechnieken

vraag is al gesteld: weet er iemand welke hoofdstukken of delen er weg vallen? (niet de minimum lijst, maar van the whole package)
Heb namelijk ni veel goesting om dingen te leren die ik ni moet leren.
Ik vermoed dat da gewoon hoofdstukken zijn die we niet in de les hebben gezien, maar ben niet altijd aanwezig geweest of ben het gewoon vergeten.
iemand die daar snel antwoord op kan geven?

ik had die vraag ook al gesteld ...
maar als ge gewoon die min. lijst leert, leert ge normaal ni teveel e.
zou toch wel handig zijn moest hier toch iemand een antwoord kunnen opgeven, kwestie van zeker te zijn ..

er valt praktisch niets weg hoor, alleen bij camerabuizen een stuk denk ik, maar heb cursus niet bij de hand.

Palplus sowieso enkel wat op de minimumlijst staat.
Zeker niet te kennen: van blz 149 tot 153, 178 tot 180 (vanaf lcd wel), 197 (elektronenstraal) tot 215 (uit dat deel moet je wel kennen: spectrale gevoeligheid, donkerstroom, blooming en kneeing)

Dat is zowat alles wat ik heb opgeschreven en zeker weet. Eén ding dat ik mij nog echt afvraag is Secam: hebben wij dat behandeld en moeten wij dat kennen? Is de enige les dat ik niet geweest ben...

Van secam moet je enkel weten dat het
-> gebruikt wordt in Frankrijk
-> gebaseerd is op FM, frequentie modulatie

Dat ist.

Als je voor het minimum gaat, mag je het hoofdstuk over digitale video laten vallen ? Et stond nt op de minimumlijst van de site ...

onder het hoofdstuk 'moduleren' op de minimumlijst staat naast AM en FM ook PM en QAM. Kan iemand dat terugvinden in de cursus? Of heeft hij dat alleen in de les genoemd?

PM = fase modulatie (phase modulation)
QAM = quadratuur amplitude modulatie

Beide staan in de cursus na FM en AM

aha bedankt!

Ik had in mijn cursus nog opgeschreven dat we de types LCD op blz 164 niet hoeven te kennen.

moeten wij nu digitale videos kennen?

Wat is het belang van het hoofdstuk colorimetrie bij video ?

Is eigelijk het "minimum" al ni het maximum van de 2 dele?
pff

wa moete juist wete bij beeldkwaliteit bij het hoofdstuk videomonitoren?

oli schreef:wa moete juist wete bij beeldkwaliteit bij het hoofdstuk videomonitoren?

verschillende soorten grades (grade 1,2,3,...) denk ik. En classes op gebied van dead pixels.

Kan er iemand mij mss het verschil tussen component en composiet uitleggen ajb? Vind da precies ni zo duidelijk in de cursus...

Line schreef:Kan er iemand mij mss het verschil tussen component en composiet uitleggen ajb? Vind da precies ni zo duidelijk in de cursus...

http://en.wikipedia.org/wiki/Composite_video
http://en.wikipedia.org/wiki/Component_video

Ook al is het ni altijd volledig correct of volgens de cursus, wikipedia heeft mij al veel geholpen met zo'n dingen. Vooral omda ge een andere invalshoek hebt zeg maar

Bij component zijn de luminantie (de helderheid, Y) en de chrominantie (de kleurigheid, C) nog niet met elkaar verweven. Maw, je hebt dus meer dan 1 kabel voor je signaal.
Bij composiet zijn Y en C wel verweven, daar heb je dus maar 1 kabel waar Y en C samen inzitten. Wat voor problemen kan zorgen bij de weergave, want dan moeten ze opnieuw gescheiden worden, en dit lukt niet altijd zo goed.

Component is dus beter.

Jep, RGB en S-video is allemaal component, en het echte PAL, volledig gemoduleerd om door één kabel te geraken is composiet.

Kan er iemand mij wat inzicht verschaffen in het verschil in werking van symmetrische en asymmetrische verbindingen?
Merci.

Bij een signaal met beperkte nuttige bandbreedte gaan ze gebruik maken van een "getwiste kabel" (twisted pair of TP), dan gaat de storing op de twee geleiders (een kabelverbinding bestaat uit minimaal 2 draden) even groot zijn, ze bekijken het verschil in spanning tussen de 2 geleiders aan het einde van de kabel
Bij een signaal met een te hoge bandbreedte is het moeilijk voor elektronische schakelingen om het verschil precies weer te geven en dus gaan ze gebruik maken van de "kooi van Faraday": de centrale geleider wordt beschermd door een koperen gevlochten mantel, da noeme ze een coax-verbinding. De as van de centrale geleider en die van de afscherming lopen samen.

Iets eenvoudiger uitgelegd: een symmetrische verbinding heeft een geleider meer dan een assymetrische. Door die extra geleider wordt het signaal met tegengestelde fase gestuurd (chek je figuur). Door het verschil tussen die twee te meten aan het einde, wordt de fout uitgevlakt. Symmetrische verbindingen hebben dus minder last van storingen van buitenaf.

kan iemand mij zeggen waar ge de compatibiliteitseis van PAL kunt terug vinden.

en wat we van rasters juist moeten kennen?

merci

kan er mij iemand zeggen wat U betekend?

merci

http://nl.wikipedia.org/wiki/YUV

staat ook letterlijk in cursus hoor.

Pieter schreef:http://nl.wikipedia.org/wiki/YUV

staat ook letterlijk in cursus hoor.

ah merci kwast ni direct ergens tegengekomen